Skip to content

2012-03-04 – Muziekwereld (Review)

Originally published (in Dutch) here:
http://www.muziekwereld.com/ben_craven.htm

Translation provided by Google:

Ben Craven – Great & terrible potions (Rating Muziekwereld) 8 

Solo Projects of multi-instrumentalists generally from a lack of sufficient maturity. As if the fruit was picked too early. That’s because no one else in the studio to give feedback. But Ben Craven proves on ‘Great & Terrible Potions “that he is a confident album alone can handle.

The Australian did everything themselves: vocals, instruments, production, mixing and mastering. So of course you keep the full list of the process. Craven is not the first time for. In 2005 he released under the name ‘Tunesia “the album Two False Idols’ out. Two years later he published the EP ‘Under Construction’, for the first time under its own name.

Cravens great example is Trevor Rabin (ex-Yes), and hear. The beautiful artwork of Roger Dean may refer to the early Yesalbums, the overall sound much closer to closing the period ’83 – ’94, when Rabin alongside Jon Anderson ruled the roost.

Like the South African millipede Craven is not one trick and one may therefore expect a mix of prog rock, AOR and cinema-like drama. The album is structured like a film score and that structure connects everything together.

The piano intro of Diabolique has you right in your neck and the subsequent ensemble involves a first theme. Nobody Dies Forever – cleverly divided into two parts – benefits from a nice jazzy groove, while also vocally its effect is not misses.

The film Aquamarine is instrumental as a house and get a successful counterweight to the bluesy Ready To Lose (including Hammond and Vocoder). The Conjurer is then Floydiaans in all its fibers.

In the good old prog tradition, the longer pieces of the absolute highlights. No Specific Harm is conceived as a triptych. The oriental prelude – where Craven sounds like Al Di Meola – flushes like a soothing bath. The vocal contribution is based on a brilliant chorus. In the outro again Craven brings homage to David Gilmour.

The title track is equally epic built and is about “the stuff dreams are made of prog.” The result will be some a thunderous listening experience. For others, it keeps choosing fixed entertained. And that is sufficient to eagerly looking forward to future releases of this promising composer.

Cristoph Lintermans

http://damusic.be/

Published Muziekwereld: March 4, 2012

Or, the original Dutch:

Ben Craven – Great & terrible potions (Waardering Muziekwereld) 8

Soloprojecten van multi-instrumentalisten ontbreekt het meestal aan voldoende maturiteit. Alsof de vrucht in een te vroeg stadium geplukt werd. Dat komt omdat er niemand anders in de studio is om feedback te geven. Maar Ben Craven bewijst op ‘Great & Terrible Potions’ dat hij een album gerust in zijn eentje aan kan.

De Australiër deed werkelijk alles zelf: zang, instrumenten, productie, mix en mastering. Zo behoud je natuurlijk het volledige overzicht over het proces. Craven is dan ook niet aan zijn proefstuk toe. In 2005 bracht hij onder de naam ‘Tunesia’ het album ‘Two False Idols’ uit. Twee jaar later publiceerde hij de ep ‘Under Construction’, voor het eerst onder eigen naam.

Cravens grote voorbeeld is Trevor Rabin (ex-Yes), en dat hoor je. Het fraaie artwork van Roger Dean mag dan verwijzen naar de vroege Yesalbums, het totaalgeluid sluit veel dichter aan bij de periode ’83 – ’94, toen Rabin naast Jon Anderson de lakens uitdeelde.

Net als de Zuid-Afrikaanse duizendpoot is Craven niet voor één gat te vangen en mag men zich dus verwachten aan een mix van progrock, aor en cinema-achtig drama. De plaat is opgebouwd als een filmscore en die structuur verbindt alles met elkaar.

De piano-intro van Diabolique heeft je meteen bij je nekvel en het hierop volgende ensemblespel brengt een eerste thema aan. Nobody Dies Forever – sluw verdeeld over twee delen – profiteert van een lekkere jazzy groove, terwijl het ook vocaal zijn effect niet mist.

Het filmische Aquamarine staat instrumentaal als een huis en krijgt een geslaagd tegengewicht van het bluesy Ready To Lose (inclusief hammond en vocoder). The Conjurer is dan weer Floydiaans in al zijn vezels.

In de goeie, ouwe progtraditie zijn de langere stukken de absolute hoogtepunten. No Specific Harm is geconcipieerd als een drieluik. Het oriëntaalse voorspel – waarin Craven klinkt als Al Di Meola – omspoelt je als een weldadig bad. De vocale inbreng steunt op een briljant refrein. In de outro brengt Craven dan weer hommage aan David Gilmour.

Het titelnummer is al even episch opgebouwd en gaat over “the stuff prog dreams are made of”. Het resultaat zal sommigen een overdonderende luisterervaring bieden. Voor anderen houdt het de kiezen vast aangenaam bezig. En dat volstaat om reikhalzend uit te kijken naar toekomstige releases van deze veelbelovende componist.

Cristoph Lintermans

http://damusic.be/

Gepubliceerd op Muziekwereld: 4 maart 2012